De oorlogen van het Oude Griekenland
Perzische Oorlogen
De Perzische Oorlogen zijn twee oorlogen tussen de Perzen en de Griekse stadstaten, in de 5e eeuw v.Chr.. Deze oorlogen spelen nog altijd een rol in het Griekse nationale en in het Europese bewustzijn, want destijds bereikten de stadstaten een mate van samenwerking die ervoor en erna nooit vertoond is. Zij vormden nog geen Griekse natie maar waren elkaars traditionele rivalen.De beschrijving van deze oorlogen door Herodotus wordt ook wel beschouwd als het begin van de geschiedschrijving. Eerdere beschrijvingen van oorlogen in de Klassieke Oudheid, zoals in de Ilias, hadden nog een sterk mythisch karakter. Er is enige discussie mogelijk over wanneer deze oorlogen begonnen, maar gewoonlijk worden als beginjaar 490 v.Chr. en als eindjaar 479 v.Chr. aangehouden.
|
Tweede Perzische Oorlog
De Tweede Perzische Oorlog is de tweede van de twee Perzische Oorlogen tussen de Griekse stadstaten en de Perzen.
Koning Xerxes, Darius' zoon en opvolger, stuurde in 480 v.Chr. opnieuw een Perzisch leger en een vloot naar Griekenland. Na raadpleging van het orakel van Delphi had de Atheense staatsman Themistocles een grote vloot laten bouwen, met de inkomsten van de zilvermijnen van Laurion (nu Lávrio). In de pas van Thermópylai hield de Spartaanse koning Leonidas met een klein leger de Perzen enkele dagen tegen, maar toen een verrader de Perzen de weg wees door het gebergte, stormde het vijandelijke leger verwoestend naar het zuiden.
De stad Athene werd in brand gestoken, maar de mannen hadden de vloot bemand en de vrouwen en kinderen waren overgevaren naar de eilanden Aegina en Salamis (nu Éyina en Salámina). In de Slag bij Salamis leed de Perzische vloot een nederlaag en in 479 v.Chr. werd met het Perzische landleger in de slag bij Plataeae (nu Platées) definitief afgerekend door koning Pausanias I van Sparta. Spoedig daarna waren ook de Ionische steden en eilanden van de Perzen bevrijd ten gevolge van de slag bij Mycale, waarbij de restanten van de Perzische vloot op het strand zwaar werden toegetakeld. De Perzen zouden nooit meer proberen de Grieken op hun eigen terrein te verslaan. Ze hebben sindsdien nog wel met enig succes getracht de Grieken tegen elkaar uit te spelen.
Koning Xerxes, Darius' zoon en opvolger, stuurde in 480 v.Chr. opnieuw een Perzisch leger en een vloot naar Griekenland. Na raadpleging van het orakel van Delphi had de Atheense staatsman Themistocles een grote vloot laten bouwen, met de inkomsten van de zilvermijnen van Laurion (nu Lávrio). In de pas van Thermópylai hield de Spartaanse koning Leonidas met een klein leger de Perzen enkele dagen tegen, maar toen een verrader de Perzen de weg wees door het gebergte, stormde het vijandelijke leger verwoestend naar het zuiden.
De stad Athene werd in brand gestoken, maar de mannen hadden de vloot bemand en de vrouwen en kinderen waren overgevaren naar de eilanden Aegina en Salamis (nu Éyina en Salámina). In de Slag bij Salamis leed de Perzische vloot een nederlaag en in 479 v.Chr. werd met het Perzische landleger in de slag bij Plataeae (nu Platées) definitief afgerekend door koning Pausanias I van Sparta. Spoedig daarna waren ook de Ionische steden en eilanden van de Perzen bevrijd ten gevolge van de slag bij Mycale, waarbij de restanten van de Perzische vloot op het strand zwaar werden toegetakeld. De Perzen zouden nooit meer proberen de Grieken op hun eigen terrein te verslaan. Ze hebben sindsdien nog wel met enig succes getracht de Grieken tegen elkaar uit te spelen.
Peloponnesische Oorlog
De Delisch-Attische zeebond was opgericht als reactie op de Perzische oorlogen.
Wanneer de Grieken de Perzen hadden overwonnen, besloten de Atheners om een bondgenootschap op te richten om volgende keer zich gemakkelijker te kunnen organiseren bij een aanval.
Ze deed een oproep naar alle steden om zich aan te sluiten bij deze vereniging.
Een aantal steden en eilanden deden dit en zo werd de Delisch-Attische zeeebond opgericht.
Elk jaar betaalden de leden lidgeld om de vloot te versterken en wapens aan te kopen.
Dat lidgeld werd bijgehouden op het eiland Delos (zie kaart bovenaan).
Sparta voelde zich echter bedreigd door dit bondgenootschap en richtte zelf als reactie ook een bondgenootschap op, nl. de Peloponnesische bond.
In 431 v.Chr. brak er oorlog uit tussen Sparta en Athene.
Athene had vooral een betere vloot, maar Sparta had een sterker landleger.
Uiteindelijk won Sparta, vooral omdat ze de Ionische steden aan Perzië had beloofd.
Ze deden dit om geld te krijgen van Perzië en zo hun dure veldtochten te kunnen betalen.
Sparta bleek echter een wrede overwinnaar te zijn en stelde een aantal onredelijke eisen aan Athene (bv. muren afbreken, Spartaans gezinde bestuurders, hoge belastingen,…).
Een aantal bondgenoten van Sparta keerde zich af van de polis en sloten zich aan bij de verliezers.
Daarop volgde een tweede oorlog waarbij Sparta verloor.
De polis die nu het sterkste eruit gekomen was, was Thebe
Deze kon echter ook niet op een rechtvaardige wijze het Griekse vasteland controleren.
Daardoor werd er een derde oorlog gevoerd waar er geen duidelijke overwinnaar uit voortkwam … alleen slechts verliezers.
Alle Griekse poleis waren uitgeput door de vele oorlogen en waren in feite klaar voor een militaire overrompeling.
Wanneer de Grieken de Perzen hadden overwonnen, besloten de Atheners om een bondgenootschap op te richten om volgende keer zich gemakkelijker te kunnen organiseren bij een aanval.
Ze deed een oproep naar alle steden om zich aan te sluiten bij deze vereniging.
Een aantal steden en eilanden deden dit en zo werd de Delisch-Attische zeeebond opgericht.
Elk jaar betaalden de leden lidgeld om de vloot te versterken en wapens aan te kopen.
Dat lidgeld werd bijgehouden op het eiland Delos (zie kaart bovenaan).
Sparta voelde zich echter bedreigd door dit bondgenootschap en richtte zelf als reactie ook een bondgenootschap op, nl. de Peloponnesische bond.
In 431 v.Chr. brak er oorlog uit tussen Sparta en Athene.
Athene had vooral een betere vloot, maar Sparta had een sterker landleger.
Uiteindelijk won Sparta, vooral omdat ze de Ionische steden aan Perzië had beloofd.
Ze deden dit om geld te krijgen van Perzië en zo hun dure veldtochten te kunnen betalen.
Sparta bleek echter een wrede overwinnaar te zijn en stelde een aantal onredelijke eisen aan Athene (bv. muren afbreken, Spartaans gezinde bestuurders, hoge belastingen,…).
Een aantal bondgenoten van Sparta keerde zich af van de polis en sloten zich aan bij de verliezers.
Daarop volgde een tweede oorlog waarbij Sparta verloor.
De polis die nu het sterkste eruit gekomen was, was Thebe
Deze kon echter ook niet op een rechtvaardige wijze het Griekse vasteland controleren.
Daardoor werd er een derde oorlog gevoerd waar er geen duidelijke overwinnaar uit voortkwam … alleen slechts verliezers.
Alle Griekse poleis waren uitgeput door de vele oorlogen en waren in feite klaar voor een militaire overrompeling.